Achter iedere succesvolle atleet staat een heel team aan mensen. Ouders, vrienden, fans en niet te vergeten de mensen die de spelers vanaf het begin begeleiden. Hoog tijd om te spreken met het brein achter de opmars van sterspeler Yuhan Tan: head coach Alan McIlvain.

‘Hoogtes en laagtes…’

Bij elke goed plan zijn er wel elementen die roet in het eten gooien. Wat waren de grootste struikelblokken?

In 2012 heeft Yuhan zijn studies een jaar on hold gezet. Dat geeft je als coach heel veel ruimte om in te werken. Dit jaar was dat niet mogelijk, wat met zich meebrengt dat je rond de studieactiviteiten moet plannen. Je bent afhankelijk van vakantieperiodes, flexibelere roosters, … Je bent nu meer bezig met reactie dan actie.

Als coach streef je ernaar om het maximale te halen uit het potentieel dat je ziet. Je wil de speler tot de beste sporter maken die hij kan zijn. Lukt dat door omstandigheden niet, dan is dat uiteraard wel eens frustrerend voor een trainer. Maar dat neemt niet weg dat er langs verschillende wegen veel moeite wordt gedaan om Yuhan alle kansen te bieden. Daar kan je alleen maar blij mee zijn.

Wat is voor Yuhan een belangrijk keerpunt geweest? Wanneer wist je dat het ticket voor RIO een haalbare kaart was?

In de periode november 2015 tot januari 2016 had Yuhan meer tijd, dus hebben we op korte tijd een aantal belangrijke tornooien kunnen spelen. Yuhan speelde op korte tijd op de Scottish, de Welsh en nog 3 tornooien in Amerika. Vijf weken lang kon Yuhan zich alleen op badminton focussen en met resultaat. Een kwarfinale, een halve finale, een finale, … De performance verbeterde zienderogen, met een enorme hoeveelheid ranking punten tot gevolg. Dat was mooi om te zien en een belangrijke mentale boost. Op een relatief korte tijd sprokkelde Yuhan 11400 punten bij elkaar. Zijn topprestaties op de Scottish International, de Welsh en de USA International alleen al leverden samen 9200 punten op.

 

‘Spelers coachen is mensen coachen’

Je hebt tijdens je coaching carrière al heel veel kinderen groot zien worden. Hoe groot is de impact van sport op de ontwikkeling van een kind?

Ik geloof sterk in het positieve effect van sport. En dat niet alleen omdat het gezond is, maar ook voor de opportuniteiten en de sociale contacten die je legt. Ieder kind zou aan sport moeten doen en het moeten daardoor ook lang niet allemaal winnaars zijn. Zo heb ik vroeger in Schotland een heel aantal kinderen gecoacht die door aan sport te doen minder in aanraking zijn gekomen met negatieve invloeden en criminaliteit. Je zag in die buurten veel werkloosheid, tienerzwangerschappen, … Die kinderen hadden geen tot weinig levenservaring. Het doet deugd om hen af en toe nog eens te horen en te zien dat zij zijn uitgegroeid tot succesvolle volwassenen. Je ziet dat effect trouwens ook in summer schools. Na een week zie je al verschil bij de spelertjes. Het vertrouwen dat een kind krijgt door deel uit te maken van een groep mag je niet onderschatten.

Gaan training geven en opvoeden hand in hand?

Positief coachen is zoals positief opvoeden. Je job als coach is om mensen te helpen groeien tot de beste persoon die hij potentieel kan zijn. Uiteindelijk is het leven één grote competitie. Sport is daar een goede voorbereiding op.

‘Van Londen naar Rio…’

Hoe werk je als coach aan zo’n gigantisch project? Heb je op voorhand een volledig meerjarenplan klaar voor de speler, of werk je veel ad hoc?

De aanloop naar de Olympische Spelen is erg lang. Daarom werk je allereerst een ruw 4-jarenplan uit, dat je verfijnt naarmate de Spelen dichterbij komen. De eerste twee jaren van een Olympiade heb je 2 grote focuspunten. Als eerste ben je bezig met alles wat de speler beter kan maken. Het tweede aandachtpunt is de ranking. Die moet goed genoeg zijn om sponsors, financierders en ondersteuners te overtuigen van het project.

De laatste twee jaren kies je gerichter tornooien uit. Het jaar voor de start van de kwalificatie is het je opdracht om de ranking hoog genoeg brengen om zeker te zijn dat je tijdens de kwalificatieperiode (laatste jaar) steeds in de hoofdtabel staat. Zo vermijd je te zware tornooien. Voor Yuhan mikten we op een ranking die een hoofdtabel opleverde in tornooien van categorie Grand Prix en lager. In jaar drie ga je dus extra op zoek naar die broodnodige ranking punten, ook al moet je hiervoor bijvoorbeeld naar Peru reizen.

Kijk je naar directe concurrenten wanneer je tornooien uitkiest?

Je kan niet wachten op de anderen. Om een degelijk plan uit te werken duik je de archieven in. Eigenlijk kan je deelnemers aan de Olympische Spelen in drie groepen opdelen. In de eerste groep heb je de spelers in de top 10, die bezig zijn met hun medaillekansen. Daarna heb je de spelers die zich comfortabel kunnen kwalificeren. Dan heb je nog de spelers die worstelen om een plaats te veroveren.

Voor Yuhan hebben we in 2008 een analyse gemaakt van de trajecten naar 2004 en 2008 van spelers die in groep 2 horen. Je gaat nauwkeurig kijken waar zij hun successen hebben behaald en hoe zij hun traject hebben opgebouwd. Die beste elementen neem je mee. Deze Olympiade hadden we het gemakkelijker. Door te leren uit het traject naar Londen hadden we een zo goed als een complete blueprint op maat van Yuhan Tan.

‘Vooruitblik naar RIO…’

Wat staat er nu op het programma?

Af en toe zal Yuhan nog wel een tornooi spelen, maar dan is dat om het wedstrijdritme te onderhouden, niet om achter punten te jagen. Nu de drukke weekends wegvallen kan je meer focussen op trainingen in het weekend. Dat is beter voor Yuhan, want na lange stagedagen is Yuhan vaak vermoeid. Dan is trainen lastig.

De voorbije jaren trainde Yuhan in deze periode vaak in Indonesië om daar met ervaren spelers te sparren. Dit jaar komen er sparringpartners naar België. Alles samengevat zal mei-juli de meest stabiele trainingsperiode worden in tijden.

Yuhan heeft eerder al deelgenomen aan de Spelen in Londen. Hoe belangrijk is die ervaring?

Die ervaring is heel belangrijk. Er zijn een heleboel zware tornooien waarbij je tegen erg lastige tegenstanders moet spelen. Toch is dat absoluut geen vergelijkingspunt. De Olympische Spelen is een totaalervaring. Door de eigenheid van het concept staat niet alleen de sport, maar ook de individuele speler veel meer in de spotlights. Het publiek, de media, de fans, de comités, … iedereen kijkt mee. Tel daar nog bij de het event slechts om de 4 jaren georganiseerd wordt, dan weet je het wel. De druk, maar ook de afleiding is van een heel ander niveau. Hier goed mee omgaan, kan je een speler niet leren. Dat moet je ervaren. Daarom is het zo belangrijk geweest om deel te nemen aan de eerste Europese Spelen in Baku, ook al waren hier geen ranking punten te verdienen. Amerika en Azië heeft tot nu toe altijd een streepje voor gehad, omdat zij al jaren de Pan American Games en Asian Games hebben.

Wat zou een ideaal scenario zijn in RIO? Wat zijn de ambities?

De eerste opdracht is kwalificeren. Daarvoor moet je eerste worden in de groepsfase. Dat is alvast geen eenvoudige opdracht, want je zal zo goed als zeker het reekshoofd moeten verslaan. Daarna moet je nog een tweede grote horde nemen om de laatste 8 te halen. Dat zou al heel mooi zijn. Een medaille is meer droom dan werkelijkheid, maar hé, deelnemen is een eerste stap.

(red.: Lianne Tan slaagde vorig jaar nog in het opzet door op de Europese Spelen in Baku de groepsfase succesvol te overbruggen en daarna opnieuw te stunten. Ze won uiteindelijk zilver.)

Hoe belangrijk is support van de fans? Maakt dat veel verschil?

Je mag dat niet onderschatten. Als je goed in iets bent, dan wil je dat graag delen. Dat geldt trouwens ook voor niet-sporters. Bovendien is badminton niet de sport waar veel geld te rapen is. Dat maakt dat andere vormen van appreciatie winnen aan belang. Bovendien brengt buzz en publiciteit extra sponsoring met zich mee en trek je extra mensen aan die willen gaan badmintonnen. Onze spelers doen daarom erg hun best om beschikbaar te zijn voor de media en hun taak als rolmodel op te nemen.

Ongetwijfeld zullen een aantal kinderharten sneller gaan slaan wanneer ze badminton volgen op tv. Welk advies heb je voor spelers die in de voetstappen van Yuhan Tan willen treden en Olympiër willen worden?

Er is geen magisch concept voor topspelers. Het belangrijkste is om op jonge leeftijd te beginnen sporten en veel en graag actief te zijn. Het voornaamste is dat je een goede en brede basis krijgt. Later kan je specialiseren. Wie Olympiër wil worden moet echt badminton eten, dromen, ademen, … tot badminton eigenlijk je hele leven is.

Is het eenzaam aan de top?

Dat zou je eigenlijk aan de spelers moeten vragen. Het klopt dat het moeilijk is om vakantie te nemen. Je sociaal leven in België staat op een laag pitje. Je bent vaak weg van huis. Het is ook vaak erg hard werken. Is het moeilijk? Zeker! Is het de moeite waard? Ik denk dat je van de spelers een positief antwoord zou krijgen. Je komt op heel veel verschillende plaatsen en leert er mensen kennen en vrienden maken die je anders nooit zou hebben. Badminton wordt als het ware je familie. Misschien is het correcter om te zetten dat het niet eenzaam is. Het is misschien eenzaam wanneer je niet wint.